Wat is het verschil tussen het A, B en C diploma?

De achtergrond van het A diploma

Tijdens de zwemlessen voor het A diploma leren kinderen vooral de basis van het zwemmen. Dat betekent dus alle zwemslagen op korte afstand. Dit is dan ook meteen het grote verschil tussen het A en B diploma. Bij het B diploma wordt er namelijk niet alleen kwalitatief meer verwacht van de zwemslagen, maar ook meer van het uithoudingsvermogen, uitdrijfmoment, de rust in de slag en het oriënteren onder water.

Waarom is het uitdrijven en het uithoudingsvermogen zo belangrijk?

Nederland is een waterrijk land waar je vaak te maken hebt met ‘open water situaties’. Denk bijvoorbeeld aan de zee, sloten, meren en recreatieplassen. De omstandigheden in dit water zijn natuurlijk heel anders dan in het zwembad en dat is nu juist de reden dat het A diploma niet voldoende is.

Kindjes met alleen een A diploma zijn vaak niet veilig in open water situaties. Dat komt omdat ze vaak nog te snel zwemmen en te weinig uitdrijven. Hierdoor raken ze sneller uitgeput en hebben ze moeite met boven water blijven. Het uitdrijven is voor kinderen namelijk ook een rustmoment. Wanneer ze voldoende stuwing hebben, kunnen ze met uitdrijven makkelijk twee tellen boven water blijven.

Buiten dat de kwaliteit van het zwemmen met een A of B diploma nog niet perfect is, is de waterzekerheid en het oriënteren onder water ook vaak nog niet voldoende. Hier gaan we bij diploma C pas echt dieper op in.

Wat we extra oefenen bij diploma C

Kindjes die voor zwemdiploma C oefenen, doen dit soms met een jas aan waardoor ze echt hun uithoudingsvermogen trainen. Een groot deel van het jaar zal je kind in Nederland namelijk met een jas aan lopen. Het is dan natuurlijk wel belangrijk dat je kind weet hoe hij/zij zich dan kan redden. Bij het zwemdiploma C wordt hier pas echt aandacht aan gegeven. Ze leren dan ook meteen hoe ze rustig moeten blijven zwemmen als ze met kleding aan in het water vallen.

Tijdens de zwemlessen leren de kinderen verschillende vaardigheden zoals over en onder een mat door zwemmen, onder water zwemmen, de HELP-houding en watertrappen. Een andere goede oefening is met een koprol het water ingaan waardoor ze gedesoriënteerd raken. Het onder water zwemmen door het gat wordt hierdoor extra uitdagend omdat ze ook nog moeten oriënteren waar ze naar boven moeten komen. Ook de 50 meter school- en rugslag zwemmen is een onderdeel van het survival zwemmen (hierbij draagt het kind tijdens het zwemmen zijn/haar kleding en een jas). Het gaat natuurlijk niet alleen maar om zwemslagen en techniek… kindjes leren bij zwemdiploma C ook rustmomenten toe te passen door te watertrappelen, de helphouding of het drijven op de rug. Door goed te werken aan techniek, leren kinderen hoe ze optimaal gebruik kunnen maken van het water en dat kunnen ze weer toepassen tijdens het zwemmen.

Waarom jouw kindje ook zwemdiploma C moet halen

Wil je dat je kindje écht veilig zwemt in allerlei verschillende situaties, zorg er dan voor dat je het volledige Zwem ABC haalt. Uit ervaring is gebleken dat kinderen de zwemlessen voor een C diploma ook erg leuk vinden door de variatie tijdens de lessen. Denk hierbij aan koprollen (stukje oriëntatie onder water), andere technieken van zwemmen, verschillende manieren van te water gaan en praktijksituaties zoals het vallen van een mat.

Genoeg redenen om door te gaan voor het C diploma, want uiteindelijk is een C diploma erg belangrijk voor de veiligheid van jouw kind. Wist je dat kinderen hun ABC diploma in gemiddeld 9 maanden halen via een snelcursus en binnen 21 maanden via onze reguliere zwemlessen? Dat lijkt mij toch wel de moeite waard!

Groetjes, Kelly